Hoe maak ik de Engagement Tagging Automatisering: Part 1 & Part 2?

Deze automatisering 'meet' hoe betrokken je contacten zijn met je content. De voordelen hiervan lees je in dit artikel.

Bij het opstellen van een nieuwe automatisering kun je kiezen voor reeds vooraf ingestelde templates, waarin je de Part 1- Engagement Tagging én Part 2 - Engagement Tagging kunt inladen:

Schermafbeelding_2022-10-14_om_11.41.20.png

Je kunt de templates aanpassen naar de specifieke behoeftes binnen jouw bedrijfsstrategie, of ze simpelweg direct activeren en het werk voor je laten doen. Zodra de automatiseringen geactiveerd zijn, zullen deze automatiseringen namelijk automatisch tags toekennen aan je contacten (Engaged, Disengaged, Inactive). Zo kun je eenvoudig identificeren hoe betrokken je contacten precies zijn en dus besluiten om bijvoorbeeld alle contacten met de tag 'Inactive' eens in de zoveel tijd te verwijderen.

Part 1 – Engagement Tagging:

Deze automatisering werkt als een soort timer en wordt getriggerd door de Part 2 - Engagement Tagging automatisering. Het verwijdert tags en voegt deze toe, dit gebeurt op basis van een aantal wachtstappen binnen de automatisering.

Part 2 – Engagement Tagging: 

Deze automatisering gebruikt meerdere starttriggers om de interactie van de contacten met jouw content te kunnen 'meten'. Als een contact iets uitvoert op basis van deze starttriggers, zal dit contact terecht komen in deze automatisering. Zodra een contact terecht komt in deze Part 2 automatisering zal dit contact tevens direct uit de Part 1 automatisering gehaald worden om vervolgens opnieuw helemaal bovenaan in de Part 1 automatisering weer terecht te komen. Dit om te zorgen dat het contact het correcte pad van het toekennen van de tags weer volgt.


De Part 2 starttriggers kun je het beste instellen op de belangrijkste activiteiten die jij wilt 'meten'. Je zult dus voor jezelf na moeten gaan welke activiteiten (contact opent een bepaalde mail, klikt op een link in een bepaalde mail of bezoekt je website bijvoorbeeld) relevant genoeg zijn om te bepalen of dit contact als wel of niet betrokken gemarkeerd wordt. Indien je kiest voor een bezoek aan je website als trigger, dien je wel website tracking op je website te plaatsen.

Let op: zorg dat je beiden automatiseringen activeert, daar de automatiseringen individueel niet werken. Zet tevens de starttriggers van Part 2 op 'runs: meerdere keren'. Dit verzekert je er van dat contacten door blijven lopen in je automatiseringen op het moment dat zij interactie vertonen met je berichten en/of website content:

Schermafbeelding_2022-10-14_om_11.42.51.png

 

Was dit artikel nuttig?
Aantal gebruikers dat dit nuttig vond: 0 van 0